Rondje Singel
Net als iedere Utrechter ben ik blij dat de singel alweer twee jaar rondom de oude stad stroomt. En dat we dat met Rondje Singel in 2022 nog eens uitgebreid vieren, vind ik heel gepast. Want de singel is een tastbare herinnering aan het stadsrecht dat we in 1122 kregen. Toen mocht Utrecht namelijk een eigen stadsverdediging aanleggen en de singel is niets anders dan een brede verdedigingsgracht.
In de late middeleeuwen waren de Utrechtse gilden verantwoordelijk voor de bewaking en onderhoud van de Utrechtse stadsverdediging. Daarbij ging het om de tien meter hoge stadsmuur en de vele torens, maar ook om het op diepte houden van de singel. Alleen de poorten werden onderhouden door de stad zelf, en dat gold ook voor het er voorgelegen water. Was het in de zomer misschien nog wel een aardig karweitje om de singel op orde te houden, in de winter was dat zeker niet het geval. De gilden moesten namelijk de stadsbuitengracht over een strook van 7,5 meter breed ijsvrij houden. In strenge winters, waarvan er in die tijd heel wat waren, was het een heidens karwei om het ijs ‘te bijte, ende aen stucken te slaen’. Zo was stadswerkman Jan Ternink in 1443 maar liefst een week bezig om het ijs voor de stadspoorten weg te krijgen. Voor de gilden zal dat niet veel anders zijn geweest.
Toch moet het ook wel weer wat gehad hebben, om als burgers gezamenlijk te werken aan de veiligheid van de stad. En daarna zal er vast wat zijn gedronken bij het vuur in een van de vele gildetorens. Jammer genoeg kan de singel niet praten, maar anders zouden we heel wat van dergelijke verhalen kunnen horen over de Utrechters vóór ons. Want naast het onderhouden en bewaken, zullen al die Utrechters ook wel eens een rondje langs de singel hebben gelopen. Als we de tekeningen van Herman Saftleven moeten geloven, deden ze dat in ieder geval in de 17de eeuw, waarbij het belangrijk was om af en toe eens rustig vanaf de wal over het water te staren. Om het leven te overdenken of gewoon te genieten van de Utrechtse singel.
René de Kam, conservator Stadsgeschiedenis Centraal Museum.